Besluit opleiding rechters en officieren van justitie
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
09-12-2016, Stb. 2016, 502 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-12-2016, Stb. 2016, 503 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Juridische beroepen (V)
1.
De rechter in opleiding of de officier in opleiding die de opleiding met een positieve beoordeling heeft afgesloten, wordt voorgedragen voor benoeming in de functie van rechter onderscheidenlijk officier van justitie.
2.
Voordat de in het eerste lid bedoelde rechter in opleiding of officier in opleiding kan worden benoemd tot rechter respectievelijk officier van justitie, heeft deze na het afsluitend examen, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren, minimaal twee jaar relevante juridische ervaring verworven buiten de rechterlijke organisatie, tenzij zwaarwegende gronden aanleiding tot afwijking geven.