Einde inhoudsopgave
Wet rol werknemers bij Europese rechtspersonen
Artikel 1:8 Instelling en doel
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
15-12-2021, Stb. 2021, 627 (uitgifte: 20-12-2021, kamerstukken: 35897)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-12-2021, Stb. 2021, 628 (uitgifte: 20-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
1.
De deelnemende vennootschappen die voornemens zijn een SE op te richten stellen een bijzondere onderhandelingsgroep in die representatief is voor de werknemers van de deelnemende vennootschappen, betrokken dochterondernemingen en vestigingen, om met de vertegenwoordigers van de werknemers van de vennootschappen in onderhandeling te treden over regelingen inzake de rol van de werknemers in de SE.
2.
De deelnemende vennootschappen geven aan de vertegenwoordigers van de werknemers van de vennootschappen, dan wel, bij het ontbreken daarvan, aan de werknemers, een overzicht van de deelnemende vennootschappen, de betrokken dochterondernemingen en vestigingen en de daarin werkzame werknemers, alsmede de verdeling van deze werknemers over de lidstaten. Indien na de instelling van de bijzondere onderhandelingsgroep, bedoeld in het derde lid, wijzigingen optreden in de gegevens die zijn vermeld in het overzicht, verstrekken de deelnemende vennootschappen zo spoedig mogelijk na deze wijziging een gewijzigd overzicht aan de bijzondere onderhandelingsgroep en, indien die situatie zich voordoet, aan de werknemers of hun vertegenwoordigers van de deelnemende vennootschappen, de betrokken dochterondernemingen en vestigingen uit een lidstaat die nog niet in de bijzondere onderhandelingsgroep is vertegenwoordigd.
3.
De instelling van de bijzondere onderhandelingsgroep en de verstrekking van het in het tweede lid bedoelde overzicht vindt plaats zo spoedig mogelijk na de openbaarmaking van het fusievoorstel of het voorstel tot oprichting van een moederonderneming, dan wel nadat de leidinggevende of de bestuursorganen overeenstemming hebben bereikt over een voorstel tot oprichting van een dochteronderneming of tot omzetting in een SE.
4.
De deelnemende vennootschappen dragen er zorg voor dat binnen die vennootschappen de samenstelling van de bijzondere onderhandelingsgroep alsmede het tijdstip waarop de vergadering bedoeld in artikel 1:11, eerste lid, tweede zin, zal worden gehouden, wordt bekendgemaakt.
5.
Zo spoedig mogelijk na haar instelling of na de ontvangst van een gewijzigd overzicht als bedoeld in het tweede lid, tweede zin, stelt de bijzondere onderhandelingsgroep ten behoeve van de toepassing van de artikelen 1:9 en 1:14 een overzicht vast van haar samenstelling en de door haar leden vertegenwoordigde werknemers. Het overzicht geeft ten minste informatie over:
- a.
het aantal leden van de bijzondere onderhandelingsgroep en de lidstaat waaruit zij zijn afgevaardigd;
- b.
de deelnemende vennootschappen, betrokken dochterondernemingen of vestigingen welker werknemers door elk lid worden vertegenwoordigd, alsmede het aantal van die werknemers, dat tevens wordt uitgedrukt als percentage van alle werknemers die door de leden gezamenlijk worden vertegenwoordigd;
- c.
de deelnemende vennootschap, betrokken dochteronderneming of vestiging waarin een lid als werknemer werkzaam is, dan wel over de omstandigheid dat het lid geen werknemer is.