Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek der Filippijnen tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 21 Studenten
Geldend
Geldend vanaf 20-09-1991
- Bronpublicatie:
09-03-1989, Trb. 1989, 57 (uitgifte: 14-04-1989, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-09-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-1991, Trb. 1991, 153 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Een natuurlijke persoon, die onmiddellijk voorafgaande aan zijn bezoek aan een van de Staten inwoner is van de andere Staat en die tijdelijk in de eerstbedoelde Staat verblijf houdt in de eerste plaats met de bedoeling:
- a)
aan een erkende universiteit, hogeschool of school in die eerstbedoelde Staat te studeren, of
- b)
een opleiding voor een bedrijf of beroep te volgen, is vrijgesteld van belasting in de eerstbedoelde Staat ter zake van:
- (i)
alle overmakingen uit het buitenland ten behoeve van zijn onderhoud, studie of opleiding, en
- (ii)
alle beloningen voor persoonlijke diensten verricht in de eerstbedoelde Staat tot een bedrag dat, naar gelang van het geval, een bedrag van 5000 Nederlandse guldens of de tegenwaarde daarvan in Filippijnse valuta in enig belastingjaar niet te boven gaat.
De voordelen ingevolge dit lid worden slechts verleend voor een tijdsduur die redelijk wordt geacht of gewoonlijk is vereist om het doel van het bezoek te bereiken.
2.
Een natuurlijke persoon, die onmiddellijk voorafgaande aan zijn bezoek aan een van de Staten inwoner is van de andere Staat en die tijdelijk in de eerstbedoelde Staat verblijf houdt gedurende een tijdvak van niet langer dan drie jaar met de bedoeling te studeren, wetenschappelijk onderzoek te verrichten of een opleiding te volgen, zulks uitsluitend als genieter van een beurs, toelage of prijs verleend door een organisatie op het gebied van wetenschap, onderwijs, godsdienst of liefdadigheid of op grond van een programma van technische hulpverlening waaraan een van de Staten, een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan heeft deelgenomen, is vrijgesteld van belasting in de eerstbedoelde Staat voor:
- a)
het bedrag van die beurs, toelage of prijs; en
- b)
alle beloningen voor persoonlijke diensten, verricht in de eerstbedoelde Staat, mits die diensten verband houden met zijn studie, onderzoek of opleiding of daaruit voortvloeien en de duur van die diensten een totaal van 183 dagen in enig belastingjaar niet te boven gaat.