Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2015/2366 betalingsdiensten in de interne markt
Artikel 76 Terugbetalingen van door of via een begunstigde geïnitieerde betalingstransacties
Geldend
Geldend vanaf 12-01-2016
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2018, L 102).
- Bronpublicatie:
25-11-2015, PbEU 2015, L 337 (uitgifte: 23-12-2015, regelingnummer: 2015/2366)
- Inwerkingtreding
12-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2015, PbEU 2015, L 337 (uitgifte: 23-12-2015, regelingnummer: 2015/2366)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
EU-recht / Marktintegratie
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De lidstaten zorgen ervoor dat een betaler recht heeft op de terugbetaling door de betalingsdienstaanbieder van een toegestane, door of via een begunstigde geïnitieerde, betalingstransactie die reeds is uitgevoerd, indien alle volgende voorwaarden vervuld zijn:
- a)
bij het toestaan van de betalingstransactie, is niet het precieze bedrag van de betalingstransactie gespecificeerd;
- b)
het bedrag van de betalingstransactie ligt hoger dan het bedrag dat de betaler, op grond van het eerdere uitgavenpatroon, de voorwaarden van de raamovereenkomst en relevante aspecten van de zaak, redelijkerwijs had kunnen verwachten.
Op verzoek van de betalingsdienstaanbieder toont de betaler aan dat aan deze voorwaarden is voldaan.
De terugbetaling bestaat in het volledige bedrag van de uitgevoerde betalingstransactie. De valutadatum van de creditering van de betaalrekening van de betaler valt niet later dan de datum waarop het bedrag was gedebiteerd.
Onverminderd lid 3 van dit artikel zorgen de lidstaten ervoor dat, naast het in de eerste alinea van dit lid bedoelde recht voor automatische afschrijvingen als bedoeld in artikel 1 van Verordening (EU) nr. 260/2012, de betaler een onvoorwaardelijk recht op terugbetaling binnen de in artikel 77 van deze richtlijn vastgestelde termijnen heeft.
2.
Voor de toepassing van lid 1, eerste alinea, onder b), voert de betaler evenwel geen met een valutawissel verband houdende redenen aan indien de referentiewisselkoers is toegepast die hij overeenkomstig artikel 45, lid 1, onder d), en artikel 52, lid 3, onder b), met zijn betalingsdienstaanbieder is overeengekomen.
3.
In de raamovereenkomst tussen de betaler en de betalingsdienstaanbieder kan worden overeengekomen dat de betaler geen recht heeft op terugbetaling wanneer:
- a)
hij zijn instemming met de uitvoering van de betalingstransactie rechtstreeks aan de betalingsdienstaanbieder heeft gericht, en
- b)
er, in voorkomend geval, door de betalingsdienstaanbieder of door de begunstigde ten minste vier weken vóór de vervaldag op een overeengekomen wijze informatie betreffende de toekomstige betalingstransactie ten behoeve van de betaler was verstrekt of ter beschikking was gesteld.
4.
Voor automatische afschrijvingen in andere munteenheden dan de euro kunnen de lidstaten hun betalingsdienstaanbieders voorschrijven gunstiger terugbetalingsrechten aan te bieden overeenkomstig hun automatischeafschrijvingsregelingen, mits deze gunstiger zijn voor de betaler.