Einde inhoudsopgave
Wet voortgezet onderwijs 2020
Artikel 2.60a Programma van toetsing en afsluiting: de inhoud
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 116 (uitgifte: 21-03-2022, kamerstukken: 35946)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-03-2022, Stb. 2022, 117 (uitgifte: 22-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het bevoegd gezag stelt jaarlijks voor 1 oktober een programma van toetsing en afsluiting vast voor het desbetreffende schooljaar.
2.
Het programma van toetsing en afsluiting vermeldt in ieder geval:
- a.
welke examenstof van het examenprogramma in het schoolexamen wordt getoetst;
- b.
welke door het bevoegd gezag vast te stellen examenstof in het schoolexamen wordt getoetst;
- c.
de inhoud van de toetsen die onderdeel uitmaken van het schoolexamen;
- d.
de wijze waarop en tijdvakken waarbinnen de toetsen en herkansingen van het schoolexamen plaatsvinden;
- e.
de regels voor de wijze waarop het cijfer voor het schoolexamen voor een examenkandidaat tot stand komt.
3.
Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat ten aanzien van de toetsen die deel uitmaken van het schoolexamen, in het programma van toetsing en afsluiting duidelijk en herleidbaar wordt aangegeven welke toetsen bijdragen aan de afsluiting van:
- a.
de verplichte examenstof van het examenprogramma die behoort bij het schoolexamen;
- b.
de examenstof van het examenprogramma die behoort tot de verplichte examenstof van het centraal examen, maar die ook in het schoolexamen zal worden getoetst; en
- c.
examenstof die is gekozen door het bevoegd gezag.