Einde inhoudsopgave
Wet tegemoetkomingen loondomein
Artikel 4.3 Herziening
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
23-12-2015, Stb. 2015, 542 (uitgifte: 30-12-2015, kamerstukken: 34304)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-08-2016, Stb. 2016, 307 (uitgifte: 02-09-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Algemeen
Fiscale wetsvoorstellen (V)
1.
De inspecteur is bevoegd de op de voet van artikel 4.2 gegeven beschikking tot vaststelling van een tegemoetkoming te herzien ten nadele van de werkgever of gewezen werkgever indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden dat de beschikking is gegeven op grond van onjuiste of onvolledige gegevens. Een herziening is uitsluitend mogelijk indien de onjuistheid van de beschikking een gevolg is van een feit dat aan de werkgever of de gewezen werkgever kan worden toegerekend of de werkgever of de gewezen werkgever redelijkerwijs kenbaar had kunnen zijn. De inspecteur stelt de herziening bij beschikking vast. De bevoegdheid tot herziening vervalt door verloop van 5 jaren na het einde van het kalenderjaar waarop de beschikking tot vaststelling van een tegemoetkoming betrekking heeft.
2.
Beschikkingen van de inspecteur op grond van dit artikel worden gegeven in overeenstemming met het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen.