Einde inhoudsopgave
Wet op de kansspelen
Artikel 27j [Minimumleeftijd voor toelating]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2021
- Bronpublicatie:
20-02-2019, Stb. 2019, 127 (uitgifte: 27-03-2019, kamerstukken: 33996)
- Inwerkingtreding
01-10-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2021, Stb. 2021, 45 (uitgifte: 04-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bijzondere onderwerpen
Kansspelbelasting (V)
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Onverminderd het bepaalde bij of krachtens artikel 4a, biedt de houder van een vergunning tot het organiseren van een speelcasino geen toegang tot het speelcasino aan een persoon:
- a.
die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt;
- b.
wiens gegevens zijn opgenomen in het register, bedoeld in artikel 33h;
- c.
ten aanzien van wie hij redelijkerwijs moet vermoeden dat deze door onmatige deelname aan kansspelen of door kansspelverslaving schade kan berokkenen aan zichzelf of aan naasten.
2.
Bij de toepassing van het eerste lid kan de vergunninghouder gebruik maken van het burgerservicenummer, bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid.
3.
Indien als winnaar van een prijs wordt aangewezen een persoon die ingevolge het eerste lid niet tot een speelcasino mocht worden toegelaten of een persoon die bij de deelneming gehandeld heeft in strijd met de door de vergunninghouder gestelde voorwaarden, wordt deze deelneming buiten aanmerking gelaten.