Einde inhoudsopgave
Vreemdelingenwet 2000
Artikel 45f [Mededeling afwijzing]
Geldend
Geldend vanaf 29-03-2014
- Bronpublicatie:
18-12-2013, Stb. 2014, 110 (uitgifte: 28-03-2014, kamerstukken: 33581)
- Inwerkingtreding
29-03-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2013, Stb. 2014, 110 (uitgifte: 28-03-2014, kamerstukken: 33581)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
1.
Indien Onze Minister voornemens is de aanvraag tot het verlenen van een EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen af te wijzen en de vreemdeling in het bezit is van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 of artikel 33, is het bij of krachtens artikel 39 bepaalde van overeenkomstige toepassing.
2.
Indien Onze Minister voornemens is de aanvraag van de vreemdeling die in het bezit is van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 of artikel 33, tot het verlenen van een EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen in te willigen, zonder op het aan de vreemdeling te verstrekken document, bedoeld in artikel 9, de aantekening als bedoeld in artikel 45c, eerste lid, te plaatsen, is het bij of krachtens artikel 39 bepaalde van overeenkomstige toepassing.
3.
Indien Onze Minister voornemens is om de EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen met op het aan de vreemdeling verstrekte document, bedoeld in artikel 9, de aantekening als bedoeld in artikel 45c, eerste lid, in te trekken, is artikel 41 van overeenkomstige toepassing.