Einde inhoudsopgave
Besluit Participatiewet
Artikel 3 Berekening uitkering gemeente
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2023
- Redactionele toelichting
De wijzigingen betreffende lid 3, aanhef en onderdeel e, 7 en 8 werken terug t/m 01-01-2022.
- Bronpublicatie:
20-09-2023, Stb. 2023, 312 (uitgifte: 27-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-10-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-09-2023, Stb. 2023, 312 (uitgifte: 27-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
1.
De uitkering voor een gemeente wordt bepaald aan de hand van de volgende formule:
U = BO + BL + BDTI + BLKS
Waarbij:
- a.
U de Uitkering is;
- b.
BO het deel van de uitkering is dat objectief wordt vastgesteld;
- c.
BL het deel van de uitkering dat is bepaald op basis van de historische lasten;
- d.
BDTI het deel van de uitkering is dat wordt verstrekt ten behoeve van uitkeringen aan dak- en thuislozen en instellingsbewoners; en
- e.
BLKS het deel van de uitkering is dat wordt verstrekt ten behoeve van de loonkostensubsidies.
2.
Het deel van het budget dat objectief wordt vastgesteld, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt berekend aan de hand van de volgende formule:
BO = [(m * O) / som (m*O)] * TBO
Waarbij:
- a.
m op de volgende wijze wordt vastgesteld:
- 1)
bedraagt 1 voor een gemeente met 40.000 of meer inwoners;
- 2)
bedraagt 0 voor een gemeente met 15.000 of minder inwoner;
- 3)
wordt berekend voor gemeenten met tussen de 15.000 en 40.000 inwoners door het aantal inwoners in de gemeente te verminderen met 15.000 en vervolgens te delen door 25.000;
- b.
O staat voor de uitkomst van het objectieve verdeelmodel;
- c.
(m*O) staat voor de objectieve grondslag voor de vaststelling van het objectief te verdelen deel van het beschikbare macrobudget;
- d.
Som (m*O) de optelsom is van de objectieve grondslagen (m *O) van alle gemeenten; en
- e.
TBO staat voor het objectief te verdelen deel van het beschikbare macrobudget.
3.
Het deel van het budget dat is bepaald op basis van de historische lasten, bedoeld in het eerst lid, wordt bepaald aan de hand van de volgende formule:
BL = (1-m) * L/TL * (TB-BLKS)
Waarbij:
- a.
m op de volgende wijze wordt vastgesteld:
- 1)
bedraagt 1 voor een gemeente met 40.000 of meer inwoners;
- 2)
bedraagt 0 voor een gemeente met 15.000 of minder inwoners;
- 3)
wordt berekend voor gemeenten met tussen de 15.000 en 40.000 inwoners door het aantal inwoners in de gemeente te verminderen met 15.000 en vervolgens te delen door 25.000;
- b.
- c.
- d.
TB het beschikbare macrobudget is;
- e.
BLKS het deel van de uitkering is dat wordt verstrekt ten behoeve van de loonkostensubsidies.
4.
Het deel van het budget dat wordt verstrekt ten behoeve van de uitkering aan dak- en thuislozen en instellingsbewoners, wordt bepaald aan de hand van de volgende formule:
BDTI = m * GU/TGU * (TB – TBLKS)
Waarbij:
- a.
m op de volgende wijze wordt vastgesteld:
- 1)
bedraagt 1 voor een gemeente met 40.000 of meer inwoners;
- 2)
bedraagt 0 voor een gemeente met 15.000 of minder inwoner;
- 3)
wordt berekend voor gemeenten met tussen de 15.000 en 40.000 inwoners door het aantal inwoners in de gemeente te verminderen met 15.000 en vervolgens te delen door 25.000;
- b.
GU staat voor de gemeentelijke netto uitgaven voor uitkeringen aan dak- en thuislozen en instellingsbewoners;
- c.
- d.
TB – TBLKS staat voor het beschikbare macrobudget, verminderd met het deel van het macrobudget dat wordt verdeeld ten behoeve van de loonkostensubsidies, bedoeld in het vijfde lid, onderdeel c.
5.
Het deel van het budget dat wordt verstrekt ten behoeve van de loonkostensubsidies, wordt bepaald aan de hand van de volgende formule:
BLKS = LKS/TLKS * TBLKS
Waarbij:
- a.
LKS staat voor de gemeentelijke netto uitgaven aan loonkostensubsidies op grond van de PW;
- b.
TLKS staat voor het totaal van de gemeentelijke netto uitgaven aan loonkostensubsidies op grond van de PW; en
- c.
TBLKS het deel van het beschikbare macrobudget is dat wordt verdeeld ten behoeve van de loonkostensubsidies.
6.
Het macrobudget objectief (TBO), bedoeld in het tweede lid, onderdeel e, bestaat uit TB, verminderd met de som van de historisch verdeelde delen van de gemeentelijke uitkeringen, bedoeld in het zevende lid, de som van de gemeentelijke uitkeringen ten behoeve van uitkeringen aan dak- en thuislozen en instellingsbewoners, bedoeld in het achtste lid, en het deel van het beschikbare macrobudget dat wordt verdeeld ten behoeve van de loonkostensubsidies, bedoeld in het negende lid.
7.
Het deel van het beschikbare macrobudget dat wordt verdeeld op basis van historische lasten, bedoeld in het vijfde lid, wordt berekend aan de hand van de volgende formule:
SOM [(1-m) * L/TL] * (TB-BLKS)
8.
Het deel van het beschikbare macrobudget dat wordt verdeeld ten behoeve van dak- en thuislozen en instellingsbewoners, bedoeld in het vijfde lid, wordt berekend aan de hand van de volgende formule:
SOM [m * GU/TGU] * (TB-BLKS)
9.
Het deel van het beschikbare macrobudget dat wordt verdeeld ten behoeve van de loonkostensubsidies, bedoeld in het vijfde lid, onderdeel c, betreft een raming van de totale gemeentelijke netto uitgaven aan loonkostensubsidies op grond van de PW in het jaar waarover de uitkering wordt vastgesteld.