Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Turkije inzake sociale zekerheid
Artikel 1 [Definities (Définitions)]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-1983
- Bronpublicatie:
04-09-1980, Trb. 1980, 164 (uitgifte: 21-10-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-03-1983, Trb. 1983, 52 (uitgifte: 01-01-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationale sociale zekerheid / Vrij verkeer
Voor de toepassing van dit Verdrag:
- a.
wordt onder ‘wetgeving’ of ‘wettelijke regeling’ verstaan de bestaande en toekomstige wetten, reglementen en statutaire bepalingen met betrekking tot de in artikel 2, eerste lid, vermelde regelingen en takken van sociale zekerheid;
- b.
wordt onder ‘grondgebied’ verstaan:
van Nederlandse zijde: het grondgebied van het Rijk in Europa;
van Turkse zijde: het nationale grondgebied;
- c.
wordt onder de term ‘onderdanen’ verstaan:
van Nederlandse zijde: personen van Nederlandse nationaliteit;
van Turkse zijde: personen van Turkse nationaliteit;
- d.
wordt onder bevoegde autoriteit verstaan:
van Nederlandse zijde: de Minister van Sociale Zaken en de Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne;
van Turkse zijde: het Ministerie van Sociale Zekerheid en de andere gemachtigde ministeries;
- e.
wordt onder ‘orgaan’ verstaan het lichaam of de autoriteit welke tot taak heeft de gehele wetgeving of een deel daarvan uit te voeren;
- f.
wordt onder ‘bevoegd orgaan’ verstaan het orgaan waarbij de verzekerde is aangesloten op het tijdstip waarop hij om uitkering verzoekt, of tegenover hetwelk hij recht op prestaties bezit of zou blijven bezitten, indien hij woonachtig was op het grondgebied van de Verdragsluitende Partij waar hij het laatst werkzaam was;
- g.
wordt onder ‘bevoegd land’ verstaan de Verdragsluitende Partij op het grondgebied waarvan zich het bevoegde orgaan bevindt;
- h.
wordt onder ‘woonplaats’ verstaan de normale verblijfplaats;
- i.
wordt onder ‘orgaan van de woonplaats’ en ‘orgaan van de verblijfplaats’ verstaan het orgaan dat voor de plaats waar de betrokkene woont, bevoegd is de desbetreffende prestaties te verlenen, onderscheidenlijk het orgaan dat voor de plaats waar de betrokkene verblijft, bevoegd is de desbetreffende prestaties te verlenen volgens de wettelijke regeling van de Verdragsluitende Partij welke dat orgaan toepast, of indien zodanig orgaan niet bestaat, het orgaan dat door de bevoegde autoriteit van de betrokken Partij wordt aangewezen;
- j.
wordt onder ‘gezinsleden’ verstaan de gezinsleden van de werknemer die door de wetgeving van het land waar zij wonen, als rechthebbenden worden beschouwd;
- k.
wordt onder ‘nagelaten betrekkingen’ verstaan de personen die als zodanig in de van toepassing zijnde wetgeving worden aangemerkt of erkend;
- l.
omvat de term ‘tijdvakken van verzekering’ de tijdvakken van premiebetaling of van arbeid, welke als tijdvakken van verzekering worden omschreven of in aanmerking genomen in de wetgeving waaronder die tijdvakken zijn vervuld, alsook alle daarmede gelijkgestelde tijdvakken, voor zover zij door die wetgeving als gelijkwaardig met de tijdvakken van verzekering of van arbeid worden erkend;
- m.
wordt onder ‘uitkeringen’, ‘pensioenen’ of ‘renten’ verstaan de uitkeringen, pensioenen of renten, met inbegrip van alle bedragen ten laste van de openbare middelen, de bijslagen, de uitkeringen op grond van herziening of de aanvullende uitkeringen, alsmede de als afkoopsom uitgekeerde bedragen welke in de plaats kunnen treden van de pensioenen of renten.