Richtlijn decontaminatie apparatuur ziekenhuisafval
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2007
- Bronpublicatie:
20-09-2007, Stcrt. 2007, 189 (uitgifte: 01-10-2007, regelingnummer: SAS/2007081563)
- Inwerkingtreding
01-10-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-09-2007, Stcrt. 2007, 189 (uitgifte: 01-10-2007, regelingnummer: SAS/2007081563)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - branchespecifiek
Richtlijn van 20 september 2007
In een instelling voor de gezondheidszorg ontstaan verschillende soorten afval met een infectierisico, in dit document gedefinieerd als ‘ziekenhuisafval’. Dit afval kan niet als bedrijfsafval worden afgevoerd. Naast een wettelijke reden ( Wet milieubeheer, Landelijk afvalbeheerplan) kan het hier ook om een beslissing van de instelling gaan dat om ethische of maatschappelijke redenen dit afval eerst moet worden gedecontamineerd alvorens te worden afgevoerd.
Decontaminatie van afval heeft, voor wat betreft de eisen die gesteld moeten worden aan de effectiviteit en reproduceerbaarheid van het proces, sterke gelijkenis met de desinfectie en sterilisatie van medische hulpmiddelen. Er zijn echter enkele belangrijke verschillen:
- —
Er moet van uit worden gegaan dat de contaminatiegraad van het afval zeer hoog kan zijn.
- —
Het behoud van de eigenschappen van de producten speelt bij afval geen rol; het proces mag destructief zijn.
Het is tot nu toe gebruikelijk dat naalden worden ingezameld in speciaal hiervoor ontwikkelde containers en in deze containers als specifiek ziekenhuisafval naar de Zavin worden afgevoerd. Idealiter zou een decontaminatie-apparaat ook in staat moeten zijn om injectienaalden te verwerken en wel zodanig dat deze niet meer herkenbaar zijn. Niet alle decontaminatie-apparatuur is hiervoor echter geschikt. Indien de fabrikant van het decontaminatie-apparaat aangeeft dat naalden verwerkt kunnen worden, dient hij dat nadrukkelijk aan te tonen.
Aangezien er zeer uiteenlopende apparatuur gebruikt kan worden voor de decontaminatie van ziekenhuisafval, zijn mogelijk niet alle eisen die in deze richtlijn worden gesteld, voor alle apparatuur van toepassing. Indien een fabrikant een eis niet op zijn apparatuur van toepassing acht, dient hij dit te motiveren en dient aangetoond te worden dat de decontaminatie verantwoord is.
Kenmerk: SAS/2007081563/
Van: Directoraat-Generaal Milieu, Directie Stoffen, Afvalstoffen, Straling, Afdeling Afval Keten Beleid
20 september 2007