Einde inhoudsopgave
Leerplichtwet BES
Artikel 28 Leerplichtambtenaren
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
01-07-2020, Stb. 2020, 235 (uitgifte: 08-07-2020, kamerstukken: 35102)
- Inwerkingtreding
01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-11-2020, Stb. 2020, 469 (uitgifte: 24-11-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Primair onderwijs
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het toezicht op de naleving van deze wet anders dan door de hoofden is opgedragen aan het bestuurscollege. Het wijst daartoe een of meer ambtenaren aan.
2.
Alvorens hun ambt te aanvaarden, leggen deze ambtenaren in handen van de gezaghebber de eed of de belofte af, waarvan het formulier bij ministeriële regeling wordt vastgesteld.
3.
Deze ambtenaren zijn bevoegd hun taak uit te oefenen ten aanzien van leerlingen, vavo-studenten of mbo-studenten die in een van de openbare lichamen woon- of verblijfplaats hebben.
4.
Het bestuurscollege stelt een instructie vast voor deze ambtenaren, die ten minste bevat:
- a.
- b.
de wijze waarop de gevallen van schoolverzuim die ter kennis van het openbaar lichaam worden gebracht, worden behandeld;
- c.
de wijze waarop de ambtenaren bij de uitvoering van hun taken overleg plegen en samenwerken met hun ambtgenoten;
- d.
de aanwijzing van de diensten en instellingen waarmee de ambtenaren bij de uitvoering van hun taken dienen samen te werken.
5.
Deze ambtenaren zijn belast met de opsporing van de bij deze wet strafbaar gestelde feiten, onverminderd artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering BES.