Einde inhoudsopgave
Wet studiefinanciering 2000
Artikel 9.6a Verwerking van gegevens voor de toepassing van artikel 2.17a
Geldend
Geldend vanaf 28-07-2018. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 25-05-2018
- Bronpublicatie:
11-07-2018, Stb. 2018, 247 (uitgifte: 27-07-2018, kamerstukken: 34939)
- Inwerkingtreding
28-07-2018, terugwerkend tot: 25-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-07-2018, Stb. 2018, 248 (uitgifte: 27-07-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Onze Minister verwerkt de persoonsgegevens die hij ontvangt of bezit ten behoeve van de toepassing van artikel 2.17a.
2.
Bij de verwerking van gegevens op grond van het eerste lid kunnen bijzondere categorieën van persoonsgegevens en persoonsgegevens van strafrechtelijke aard als bedoeld in paragraaf 3.1 onderscheidenlijk paragraaf 3.2 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming worden verwerkt, voor zover deze gegevens noodzakelijk zijn voor de toepassing van artikel 2.17a.
3.
Ten behoeve van de toepassing van artikel 2.17a verstrekt Onze Minister uitsluitend het gegeven of een persoon studiefinanciering heeft aangevraagd dan wel reeds ontvangt.
4.
Artikel 1.7 is voor de gegevensverwerking, bedoeld in dit artikel, van overeenkomstige toepassing voor een persoon die studiefinanciering heeft aangevraagd.
5.
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld ter waarborging van de persoonlijke levenssfeer. Daarbij worden in ieder geval regels gesteld over:
- a.
op welke wijze de gegevensverwerking bedoeld in dit artikel, plaatsvindt;
- b.
op welke wijze door passende technische en organisatorische maatregelen deze gegevens worden beveiligd tegen verlies of onrechtmatige verwerking;
- c.
op welke wijze wordt gewaarborgd dat de verwerkte persoonsgegevens slechts worden verwerkt voor het doel waarvoor zij zijn verzameld, alsmede hoe daarop wordt toegezien.