Einde inhoudsopgave
Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2006
- Bronpublicatie:
17-06-2002, Trb. 2002, 143 (uitgifte: 09-08-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2006, Trb. 2006, 85 (uitgifte: 19-04-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Douane (V)
Internationaal publiekrecht / Algemeen
1.
Douanerechten en heffingen van gelijke werking die bij invoer in Libanon van toepassing zijn op producten van oorsprong uit de Gemeenschap, worden geleidelijk afgeschaft overeenkomstig het hiernavolgende tijdschema:
- —
vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 88% van het basisrecht;
- —
zes jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 76% van het basisrecht;
- —
zeven jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 64% van het basisrecht;
- —
acht jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 52% van het basisrecht;
- —
negen jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 40% van het basisrecht;
- —
tien jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 28% van het basisrecht;
- —
elf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle rechten en heffingen verlaagd tot 16% van het basisrecht;
- —
twaalf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden alle resterende rechten en heffingen afgeschaft.
2.
Indien zich met betrekking tot een bepaald product ernstige problemen voordoen, kan het overeenkomstig lid 1 van toepassing zijnde tijdschema in onderling overleg worden herzien door het Associatiecomité, met dien verstande dat het tijdschema waarvoor herziening wordt aangevraagd voor het betrokken product niet verder verlengd kan worden dan de maximale overgangsperiode van twaalf jaar. Indien het Associatiecomité niet binnen dertig dagen na de kennisgeving van het verzoek van Libanon om herziening van het tijdschema een besluit heeft genomen, kan Libanon het tijdschema voorlopig opschorten voor een periode van ten hoogste één jaar.
3.
Het basisrecht waarop de verlagingen van lid 1 worden toegepast, is voor elk betrokken product het recht bedoeld in artikel 19.