Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 5.3.15 [Snelheidsmeter, snelheidsbegrenzer]
Geldend
Geldend van 01-01-2018 tot 01-01-2025
- Bronpublicatie:
24-11-2017, Stcrt. 2017, 67488 (uitgifte: 01-12-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/284984)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-11-2017, Stcrt. 2017, 67488 (uitgifte: 01-12-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/284984)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Eisen | Wijze van Keuren | |
---|---|---|
1. | Bedrijfsauto's die na 30 juni 1967 in gebruik zijn genomen, moeten zijn voorzien van een goed werkende snelheidsmeter, die ook bij nacht voor de bestuurder goed afleesbaar is. | Visuele controle. De werking en afleesbaarheid wordt niet getoetst tijdens de periodieke keuring ten behoeve van de afgifte van een keuringsrapport. |
2. | De volgende categorieën motorvoertuigen moeten zijn voorzien van een snelheidsbegrenzer:
| Visuele controle aan de hand van het installatieplaatje. |
3. | De snelheidsbegrenzer moet zijn afgesteld op een zodanige snelheid, dat de maximumsnelheid van bedrijfsauto's, niet meer dan 90 km/h kan bedragen. De ingestelde snelheid is onuitwisbaar vermeld op een installatieplaatje dat op een duidelijk zichtbare plaats in de stuurcabine van het voertuig is aangebracht. | Visuele controle of het installatieplaatje de juiste snelheid aangeeft. Tevens wordt, waar toepasbaar, met een diagnosesysteem vastgesteld of de ingestelde snelheid juist is. |
4. | De snelheidsbegrenzer en de voor het functioneren noodzakelijke aansluitingen moeten met behulp van een verzegeling of door de noodzaak om speciale gereedschappen te gebruiken zijn beschermd tegen niet-toegestane bijstelling of onderbreking van de stroomvoorziening. | Visuele controle van alle zichtbare aansluitingen en verbindingen. |
5. | Het tweede lid is niet van toepassing op bedrijfsauto’s:
| Visuele controle. – Onderdeel a: of een bedrijfsauto wordt gebruikt door een in artikel 29, eerste lid, of artikel 30b van het RVV 1990 bedoelde dienst, wordt niet getoetst tijdens de periodieke keuring ten behoeve van de afgifte van een keuringsrapport. |
6. | Indien een bedrijfsauto moet zijn voorzien van een controleapparaat:
|
|