Einde inhoudsopgave
Burgerlijk ambtenarenreglement defensie
Artikel 47 Ouderschapsverlof
Geldend
Geldend vanaf 03-03-2010. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-03-2009
- Bronpublicatie:
08-02-2010, Stb. 2010, 75 (uitgifte: 02-03-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
03-03-2010, terugwerkend tot: 01-03-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-02-2010, Stb. 2010, 75 (uitgifte: 02-03-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Wanneer aan de ambtenaar door de commandant ouderschapsverlof als bedoeld in hoofdstuk 6 van de Wet arbeid en zorg wordt verleend, behoudt hij over de eerste periode van het ouderschapsverlof, die overeenkomt met dertien maal de voor de ambtenaar geldende arbeidsduur per week, 75% van zijn bezoldiging. Over de resterende periode van het verleende ouderschapsverlof, ontvangt de ambtenaar over de ouderschapsverlofuren geen bezoldiging.
2.
De ambtenaar kan door de commandant worden verplicht tot terugbetaling van de tijdens het ouderschapsverlof genoten inkomsten wanneer hem tijdens de verlofperiode of binnen één jaar na afloop van het ouderschapsverlof ontslag wordt verleend op zijn aanvraag dan wel op grond van aan de ambtenaar te wijten omstandigheden of, wanneer hij is aangesteld in tijdelijke dienst voor bepaalde tijd, ter zake van het eindigen van de tijd waarvoor de aanstelling is geschied. Indien binnen één jaar na afloop van het ouderschapsverlof ontslag wordt verleend, wordt de verplichting tot terugbetaling naar evenredigheid beperkt. Indien het ontslag verband houdt met een aanstelling als militair bij het Ministerie van Defensie of indiensttreding bij een andere overheidssector bestaat geen verplichting tot terugbetaling.