Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
Artikel 60 Bijzondere bepalingen voor ambtenaren
Geldend
Geldend vanaf 20-05-2004
- Redactionele toelichting
Dit artikel is gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2004, L 200).
- Bronpublicatie:
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
- Inwerkingtreding
20-05-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
Artikel 6, artikel 50, artikel 51, lid 3, en de artikelen 52 tot en met 59 zijn van overeenkomstige toepassing op personen die onderworpen zijn aan een bijzonder stelsel voor ambtenaren.
2.
Indien evenwel de wetgeving van een lidstaat het verkrijgen, het vaststellen, het behoud of het herstel van het recht op prestaties krachtens een bijzonder stelsel voor ambtenaren afhankelijk stelt van de voorwaarde dat alle tijdvakken van verzekering zijn vervuld in het kader van een of meer bijzondere stelsels voor ambtenaren in die lidstaat of van de voorwaarde dat zij door de wetgeving van die lidstaat met dergelijke tijdvakken gelijkgesteld worden, neemt het bevoegde orgaan van de betrokken lidstaat uitsluitend de tijdvakken in aanmerking die krachtens de door het orgaan toegepaste wetgeving kunnen worden erkend.
Indien, nadat de aldus vervulde tijdvakken in aanmerking zijn genomen, de betrokkene niet voldoet aan de voor het recht op genoemde prestaties gestelde voorwaarden, wordt met deze tijdvakken rekening gehouden voor de toekenning van prestaties volgens het algemene stelsel of, bij gebreke daarvan, volgens het stelsel van toepassing op arbeiders respectievelijk bedienden.
3.
Indien de prestaties overeenkomstig de wetgeving van een lidstaat op grond van een bijzonder stelsel voor ambtenaren worden berekend op basis van het laatste salaris of de laatste salarissen die tijdens een referentietijdvak werden ontvangen, neemt het bevoegde orgaan van die lidstaat bij de berekening alleen de naar behoren geherwaardeerde salarissen in aanmerking die werden ontvangen gedurende het tijdvak of de tijdvakken waarin de betrokkene onder die wetgeving viel.