Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 3:135 [Herstelplan]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
24-06-2015, Stb. 2012, 679 jo Stb. 2015, 278 (uitgifte: 09-07-2015, kamerstukken: 34100)
13-12-2012, Stb. 2012, 679 jo Stb. 2015, 278 (uitgifte: 21-12-2012, kamerstukken: 33273)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-07-2015, Stb. 2015, 309 (uitgifte: 28-07-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Binnen twee maanden na de constatering, bedoeld in artikel 3:57, vierde lid, tweede volzin, dat niet wordt voldaan aan het solvabiliteitskapitaalvereiste, dient de verzekeraar met zetel in Nederland een herstelplan ter instemming in bij de Nederlandsche Bank.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld ten aanzien van de inhoud van het herstelplan.
3.
De verzekeraar treft de nodige maatregelen om binnen zes maanden na de in het eerste lid bedoelde constatering het in aanmerking komend eigen vermogen ter dekking van het solvabiliteitskapitaalvereiste weer op het vereiste niveau te brengen of zijn risicoprofiel zodanig aan te passen dat weer wordt voldaan aan het genoemde vereiste.
4.
De Nederlandsche Bank kan besluiten de in het derde lid bedoelde periode met drie maanden te verlengen.
5.
Bij uitzonderlijke ongunstige omstandigheden als bedoeld in artikel 138, vierde lid, van de richtlijn solvabiliteit II, kan de Nederlandsche Bank besluiten de in het vierde lid bedoelde periode voor de getroffen verzekeraars te verlengen met een periode van maximaal zeven jaar, rekening houdende met alle relevante factoren, inclusief de gemiddelde uitlooptermijn van de technische voorzieningen.
6.
Indien zich een situatie voordoet als bedoeld in het vijfde lid, dient de verzekeraar elke drie maanden een voortgangsverslag in bij de Nederlandsche Bank, waarin wordt aangegeven welke maatregelen zijn getroffen en welke vooruitgang is geboekt om het in aanmerking komend eigen vermogen ter dekking van het solvabiliteitskapitaalvereiste weer op het vereiste niveau te brengen of het risicoprofiel van de verzekeraar zodanig aan te passen dat weer wordt voldaan aan het genoemde vereiste.
7.
De Nederlandsche Bank trekt haar besluit tot verlenging, bedoeld in het vijfde lid, in indien uit het voortgangsverslag, bedoeld in het zesde lid, blijkt dat er geen significante vooruitgang is geboekt tussen de datum waarop is geconstateerd dat niet meer werd voldaan aan het solvabiliteitskapitaalvereiste en de datum van indiening van het voortgangsverslag.