Hoofdstuk III Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten toegekend aan personen uit hoofde van dit verdrag

Art. 17. Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten van rechters, de Aanklager, de Substituut-Aanklagers en de Griffier

Art. 18. Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten van de Substituut-Griffier en het personeel van het Hof

Art. 19. Lokaal geworven personeel ten aanzien waarvan in dit Verdrag niets anders is geregeld

Art. 20. Tewerkstelling van gezinsleden van functionarissen van het Hof

Art. 21. Vertegenwoordigers van Staten die deelnemen aan de procedures van het Hof

Art. 22. Vertegenwoordigers van Staten die bijeenkomsten van de Vergadering en haar hulporganen bijwonen en vertegenwoordigers van intergouvernementele organisaties

Art. 23. Leden van het Bureau en van hulporganen

Art. 24. Stagiaires en bezoekende vakspecialisten

Art. 25. Raadslieden en personen die de verdediging bijstaan

Art. 26. Getuigen

Art. 27. Slachtoffers

Art. 28. Deskundigen

Art. 29. Overige personen wier aanwezigheid op de zetel van het Hof vereist is