Einde inhoudsopgave
Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft
Artikel 52 [Levens- of schadeverzekeraar: bijkantoor in niet-lidstaat]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
24-10-2019, Stb. 2019, 397 (uitgifte: 07-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-10-2019, Stb. 2019, 397 (uitgifte: 07-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
De gegevens, bedoeld in artikel 2:120, tweede lid, van de wet zijn:
- a.
de opgave van de lidstaat waar de levensverzekeraar of schadeverzekeraar voornemens is vanuit een bijkantoor zijn bedrijf uit te oefenen;
- b.
de opgave van het adres van het bijkantoor;
- c.
een programma van werkzaamheden;
- d.
gegevens op basis waarvan de Nederlandsche Bank kan beoordelen of wordt voldaan aan hetgeen ingevolge artikel 3:8 van de wet is bepaald met betrekking tot geschiktheid van de personen die het dagelijks beleid van de verzekeraar bepalen;
- e.
gegevens op basis waarvan de Nederlandsche Bank kan beoordelen of wordt voldaan aan hetgeen ingevolge artikel 3:9 van de wet is bepaald met betrekking tot betrouwbaarheid van de personen die het beleid van het bijkantoor bepalen of mede bepalen;
- f.
de opgave van de naam en het adres van de vertegenwoordiger, bedoeld in artikel 3:37, eerste lid, van de wet, en, zo de vertegenwoordiger rechtspersoon is, de statuten van deze rechtspersoon, een opgave van het nummer van inschrijving in het handelsregister en de naam en het privé-adres van de natuurlijke persoon, bedoeld in artikel 3:37, derde lid, van de wet;
- g.
gegevens op basis waarvan de Nederlandsche Bank kan beoordelen of wordt voldaan aan hetgeen ingevolge artikel 3:8 van de wet is bepaald met betrekking tot geschiktheid van de vertegenwoordiger, bedoeld in artikel 3:37, eerste lid, van de wet, of de natuurlijke persoon, bedoeld in artikel 3:37, derde lid, van de wet;
- h.
de gegevens op basis waarvan de Nederlandsche Bank kan beoordelen of wordt voldaan aan hetgeen ingevolge artikel 3:9 van de wet is bepaald met betrekking tot de betrouwbaarheid van de vertegenwoordiger, bedoeld in artikel 3:37, eerste lid, van de wet of de natuurlijke persoon, bedoeld in artikel 3:37, derde lid, van de wet; en
- i.
een beschrijving van het voorgenomen beleid met betrekking tot de beheerste en integere uitoefening van het bedrijf als bedoeld in artikel 3:17, eerste lid, van de wet.
2.
Indien de schadeverzekeraar voornemens is risico's behorende tot de branche Aansprakelijkheid motorrijtuigen te dekken, zijn de gegevens, bedoeld in artikel 2:115, tweede lid, voorts een schriftelijk bewijs waaruit blijkt dat de schadeverzekeraar is toegetreden tot het nationale bureau en het nationale waarborgfonds van de betrokken lidstaat die overeenkomen met het bureau, bedoeld in artikel 2, zesde lid, van de Wet aansprakelijkheid motorrijtuigen onderscheidenlijk het Waarborgfonds motorverkeer, bedoeld in artikel 23, eerste lid, van die wet.
3.
De gegevens, bedoeld in het eerste lid, onderdelen d en g, zijn:
- a.
een opgave van de naam, de geboortedatum, de geboorteplaats, nationaliteit, het privé-adres, het telefoon- en faxnummer en de functie;
- b.
een curriculum vitae;
- c.
een opgave van de relevante diploma's;
- d.
een kopie van een geldig identiteitsbewijs; en
- e.
een opgave van referenten.
4.
De gegevens bedoeld in het eerste lid, onderdelen e en h, zijn:
- a.
een opgave van de naam, de geboortedatum, de geboorteplaats, nationaliteit, het privé-adres, het telefoon- en faxnummer en de functie;
- b.
een kopie van een geldig identiteitsbewijs;
- c.
gegevens met betrekking tot de antecedenten, bedoeld in de bijlage bij dit besluit; en
- d.
een opgave van referenten.
5.
De gegevens, bedoeld in het eerste en tweede lid, bevatten tevens een vertaling voorzover de Nederlandsche Bank zulks verlangt.