V-N 2000/8.17
OMZETBELASTING Vrijstelling. Bad- en zweminrichting. Exploitatie van een hamam is in casu niet winstbeogend; prestaties zijn vrijgesteld
HR 17-02-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA4525, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 februari 1999
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Moor, de; Vliet, van
- Zaaknummer
33 988
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA4525
- JCDI
JCDI:ADS900611:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA4525, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑02‑1999
- Wetingang
Art. 11, eerste lid, onderdeel f, Wet OB 1968 jo. onderdeel b, punt 21, Bijlage B van het Uitv.besluit
Essentie
OMZETBELASTING Vrijstelling. Bad- en zweminrichting. Exploitatie van een hamam is in casu niet winstbeogend; prestaties zijn vrijgesteld
Samenvatting
Belanghebbende, Stichting X, exploiteert een hamam (een stoombad). In geschil is of X voor de omzetbelasting belaste prestaties verricht.
Hof Amsterdam stelt X in het ongelijk en overweegt daartoe: De hamam dient naar normaal spraakgebruik te worden aangemerkt als een "badinrichting" en valt daarmee onder de omschrijving "zwem- en badinrichtingen" als bedoeld in Bijlage B, onderdeel b.11, bij art. 7 Uitv.besl. OB 1968 jo. art. 11, eerste lid, onderdeel f, Wet OB 1968. Daaraan doet niet af de omstandigheid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.