BNB 1991/185
HR, 24-04-1991, nr. 27 141
HR 24-04-1991, ECLI:NL:HR:1991:BJ3864
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 april 1991
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
27 141
- LJN
BJ3864
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:BJ3864, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑04‑1991
- Wetingang
(Art. 8 Wet Vpb. 1969 jo. art. 9 Wet IB 1964; art. 23c Wet Vpb. 1969 - tekst 1981 - jo. art. 61a, vijfde lid, Wet IB 1964 - eveneens tekst 1981)
Samenvatting
Schuld wegens uitgesteld salaris moet in casu op contante waarde worden gewaardeerd. Studeerkamer van directeur van BV heeft in casu de bestemming van woonhuis
Belanghebbende, een BV, heeft jegens haar directeur een schuld wegens uitgesteld salaris. Zij wenst deze schuld in haar balans voor het nominale bedrag op te nemen.
Belanghebbende heeft aan het woonhuis van haar directeur een studeerkamer laten bouwen en claimt deswege een investeringsbijdrage, een kleinschaligheidstoeslag en een bijzondere regionale toeslag.
Hof: de contante waarde van de schuld wegens uitgesteld salaris is zowel relatief als absoluut aanmerkelijk geringer dan het nominale bedrag. Goed ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.