WFR 2004/247
Naheffingsaanslag dividendbelasting terecht nu sprake is van verkapte dividenduitdeling; Nederland mocht heffen naar 25%.
HR 06-02-2004, ECLI:NL:HR:2004:AN8656
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 februari 2004
- Zaaknummer
38191
- LJN
AN8656
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Dividendbelasting (V)
Dividendbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AN8656, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑02‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AN8656, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑02‑2004
- Wetingang
Art. 2, 3 lid 1 onderdeel a Wet DB 1965; art. 9 lid 2 Belastingverdrag Nederland-Zwitserland 1951
Essentie
Naheffingsaanslag dividendbelasting terecht nu sprake is van verkapte dividenduitdeling; Nederland mocht heffen naar 25%.
Uitspraak
De Hoge Raad en Hof 's-Gravenhage oordelen dat aan belanghebbende een naheffingsaanslag dividendbelasting mocht worden opgelegd. Er was immers sprake van een verkapte dividenduitdeling. Nederland is als bronstaat bevoegd te heffen naar 25%. Dat er voor de dividendgenieter op grond van het Verdrag met Zwitserland de mogelijkheid van terugbetaling bestaat, doet daar niet aan af.
X NV vormt samen met E NV de top van de zogenoemde A-groep. De A-groep houdt zich bezig met de aannemerij, projectontwikkeling en het beheer van onroerende zaken. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.