BNB 1995/284
HR, 10-07-1995, nr. 30 407
HR 10-07-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1669, m.nt. P.H.J. Essers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 juli 1995
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Jansen, C.H.M.
- Zaaknummer
30 407
- Noot
P.H.J. Essers
- LJN
AA1669
- JCDI
JCDI:ADS887408:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1669, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑1995
- Wetingang
Art. 23c Wet Vpb. 1969 jo. art. 61a, eerste lid, Wet IB 1964
Samenvatting
Een opdrachtgever kan verplichtingen zijn aangegaan ook al is de aannemer nog niet gebonden
HR: de enkele omstandigheid dat de wederpartij van de opdrachtgever zich erop kan beroepen dat zij op grond van de op de overeenkomst toepasselijke algemene voorwaarden niet aan de opdracht is gebonden, staat niet eraan in de weg dat door de opdrachtgever ingevolge de opdrachtverlening verplichtingen zijn aangegaan.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X BV te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 24 juni 1994 betreffende de haar voor het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.