V-N 2003/28.20
OMZETBELASTING Aftrek voorbelasting. Verhuur onroerend goed. Wettelijke regeling die privé-gebruik van tot bedrijfsvermogen behorend onroerend goed vrijstelt, is in strijd met Zesde richtlijn
HvJ EG 08-05-2003, ECLI:EU:C:2003:254, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
8 mei 2003
- Zaaknummer
C-269/00
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AV0566
- JCDI
JCDI:ADS903167:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2003:254, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 08‑05‑2003
ECLI:EU:C:2002:298, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 16‑05‑2002
- Wetingang
Art. 6, tweede lid, sub a, art. 13, B, sub b, Zesde BTW-Richtlijn
Essentie
OMZETBELASTING Aftrek voorbelasting. Verhuur onroerend goed. Wettelijke regeling die privé-gebruik van tot bedrijfsvermogen behorend onroerend goed vrijstelt, is in strijd met Zesde richtlijn
Samenvatting
Seeling is eigenaar van een boomkwekerij- en tuinbouwbedrijf dat normaal aan de heffing is onderworpen. In 1995 werd een pand gebouwd dat deels privé werd gebruikt, maar volledig tot het ondernemingsvermogen werd gerekend. In de aangifte over 1995 werd om volledige aftrek verzocht. Het privé-gebruik werd aangegeven als belastbaar gebruik, de fictieve dienst. Het Finanzamt duidde, conform de rechtspraak terzake, het privé-gebruik als vrijgesteld aan en weigerde de aftrek. In de procedure stelt het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.