FED 1994/716
HR, 02-11-1994, nr. 30 103
HR 02-11-1994, ECLI:NL:HR:1994:AA3012
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 november 1994
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Fleers
- Zaaknummer
30 103
- LJN
AA3012
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AA3012, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑11‑1994
- Wetingang
Art. 46 Wet IB 1964
Uitspraak
De echtgenoot van belanghebbende, X, lijdt aan een ernstige reumatische aandoening waardoor hij op zijn bestaande bed niet meer kon slapen. In overleg met de hem behandelend specialist heeft hij een hydraulisch verstelbare boxspring met bijbehorend matras gekocht.
In geschil is of de aanschaffingskosten kunnen worden aangemerkt als uitgaven ter zake van ziekte en invaliditeit in de zin van art. 46, eerste lid, letter b, jo. derde lid, Wet IB 1964.
Het Hof Arnhem stelt X in het gelijk.
Op het beroep in cassatie van de staatssecretaris van Financiën overweegt de Hoge Raad:
Het hof heeft aannemelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.