V-N 2006/62.24
WAARDERING ONROERENDE ZAKEN. CIVIEL RECHT Onroerende zaak WOZ. Onroerende zaak. Zendinstallatie mogelijk ten onrechte aangemerkt als onroerende zaak (3)
HR 17-11-2006, ECLI:NL:HR:2006:AZ2377, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 november 2006
- Magistraten
Berge, van den; Monné; Amersfoort, van; Maanen, van; Streefkerk
- Zaaknummer
41 434
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AZ2377
- JCDI
JCDI:ADS905661:1
- Vakgebied(en)
Waardering onroerende zaken (V)
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AZ2377, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑11‑2006
- Wetingang
Art. 3:3, lid 1, BW; art. 16, lid c, Wet WOZ
Essentie
WAARDERING ONROERENDE ZAKEN. CIVIEL RECHT Onroerende zaak WOZ. Onroerende zaak. Zendinstallatie mogelijk ten onrechte aangemerkt als onroerende zaak (3)
Samenvatting
Belanghebbende, X BV, is een aanbieder van mobiele telecommunicatiediensten. In verband daarmee heeft zij op het dak van een flatgebouw een zendinstallatie doen plaatsen, die onderdeel uitmaakt van een landelijk dekkend netwerk ten behoeve van de door X BV verleende diensten. X BV heeft daartoe met de eigenaar van het flatgebouw een huurovereenkomst gesloten voor vijftien jaar met een stilzwijgende verlenging van (telkens) vijf jaar. De heffingsambtenaar meent dat de zendinstallatie een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.