BNB 1999/333
LIONS-lening. Waardering rentelast
HR 30-06-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2813, m.nt. J.A.G. van der Geld
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 juni 1999
- Magistraten
Jansen; Brunschot, van; Hammerstein; Amersfoort, van; Lourens
- Zaaknummer
33 495
- Conclusie
Plv. P-G mr. Van Soest
- Noot
J.A.G. van der Geld
- LJN
AA2813
- JCDI
JCDI:ADS171690:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2813, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑06‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:AA2813, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑01‑1999
- Wetingang
Art. 9 Wet IB 1964
Essentie
LIONS-lening. Waardering rentelast
Samenvatting
Belanghebbende heeft op 15 januari 1987 een obligatielening uitgegeven, verdeeld in obligaties aan toonder. De lening zal in 1997 a pari worden afgelost. De obligaties (LIONS) geven recht op een uitkering van f 10 per jaar. De uitkeringen moeten worden gebruikt voor de volstorting van nieuw uit te geven certificaten van aandelen.
De betalingsverplichting van belanghebbende wordt verrekend met de stortingsverplichting van de obligatiehouders.
HR: De waarde in het economische verkeer van de certificaten van aandelen op het moment van uitgifte komt telkenjare ten laste van de winst van belanghebbende als kosten/lasten van geldlening, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.