FED 2001/511
Incidenteel beroep ontvankelijk ondanks niet-ontvankelijk principaal beroep. Willekeurige belastingheffing
HR 10-08-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB3119, m.nt. O.C.R. Marres
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 augustus 2001
- Magistraten
Ilsink Korthals Altes; Pos; Beukenhorst; Monné; Amersfoort, van
- Zaaknummer
35 618
- Noot
O.C.R. Marres
- LJN
AB3119
- JCDI
JCDI:ADS234047:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingen van lagere overheden (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Milieubelastingen (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AB3119, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑08‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AB3119, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑08‑2001
- Wetingang
Art. 28a en 29b, tweede lid AWR en 222 Gemeentewet
Essentie
Incidenteel beroep ontvankelijk ondanks niet-ontvankelijk principaal beroep. Willekeurige belastingheffing
Samenvatting
Het principale beroep in cassatie is niet-ontvankelijk wegens gemis aan belang. Het incidentele cassatieberoep is ontvankelijk ondanks het verzuim te vermelden dat het beroepschrift namens B en W is ingediend, en ondanks de niet-ontvankelijkheid van het principale beroep.
Het hof is terecht ervan uitgegaan dat voor het antwoord op de vraag of een onroerende zaak is gebaat als bedoeld in art. 222 Gemeentewet, beslissend is of die onroerende zaak als zodanig - derhalve onafhankelijk van het gebruik dat daarvan wordt gemaakt - door die voorzieningen is gebaat. 's ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.