HR, 16-06-1999, nr. 33 928

Documentgegevens:

HR 16-06-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2772

Instantie: Hoge Raad
Datum: 16 juni 1999
Magistraten: Ilsink
Zaaknummer: 33 928
LJN: AA2772
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Loonbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Loonbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1999:AA2772, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑06‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:AA2772, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑01‑1999
Wetingang: Gelijkheidsbeginsel; art. 14 EVRM; art. 1 Grondwet; art. 26 IVBPR; art. 10, tweede lid, onderdeel c Uitv.reg. Wet LB 1990; art. 4 Richtlijn 79/7/EEG

Uitspraak

Vakantiegeld. Geen strijd met gelijkheidsbeginsel. Zwaarwegende motieven van sociaal-economisch-politieke aard.

In geschil is of de vakantietoeslag en het vakantieloon (tezamen het vakantiegeld) van belanghebbende, X, slechts voor 75% in de heffing moeten worden betrokken.

Op het beroep in cassatie van X overweegt de Hoge Raad: Rechten op vakantietoeslag en vakantieloon zijn niet aan te merken als aanspraken in de zin van art. 10, tweede lid, onderdeel c, Uitv.reg. LB 1990. Op het zogenoemde rechtenbeheersysteem gebaseerde rechten zijn aan te merken als aanspraken in de zin van art. 10, tweede lid, Wet LB 1964 en als 'daarmee overeenkomende aanspraken' ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.