WFR 1997/290
HR, 12-02-1997, nr. 30 752
HR 12-02-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2095
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 februari 1997
- Zaaknummer
30 752
- LJN
AA2095
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AA2095, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑02‑1997
- Wetingang
Art. 6 Wet IB 1964
Uitspraak
Belanghebbende, X, is gehuwd met een fysiotherapeut, die in de maatschap C een praktijk voor fysiotherapie uitoefent. X is geen fysiotherapeut. Een op 14 september 1990 tussen X en haar echtgenoot gesloten overeenkomst van maatschap houdt in dat de door de echtgenoot zelfstandig gedreven fysiotherapiepraktijk vanaf 15 januari 1990 door X en de echtgenoot gemeenschappelijk in maatschapsverband wordt gevoerd. X' werkzaamheden ten behoeve van de maatschap C bestonden in 1990 uit het verzorgen van de administratie, het onderhouden van contacten met het ziekenfonds, de patiënten en de accountant, het vergezellen van haar echtgenoot bij diens bezoeken aan huisartsen, het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.