FED 1998/606
HR, 26-08-1998, nr. 33 777
HR 26-08-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2537
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 augustus 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Meij
- Zaaknummer
33 777
- LJN
AA2537
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2537, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑08‑1998
- Wetingang
Uitspraak
(Voortzetting van HR BNB 1993/400).
In geschil tot welk bedrag de Staat de proceskosten die belanghebbende, X, in verband met de behandeling van het geding voor Hof Amsterdam en Hof 's-Gravenhage heeft moeten maken, diende te vergoeden. Naar X' oordeel, die zich primair beroept op art. 2, derde lid, en art. 26 IVBPR en op art. 6 EVRM en subsidiair op art. 2, derde lid, Bpf, diende de Staat de werkelijk gemaakte kosten te vergoeden, die hij berekent op f 17 788. De inspecteur stelt dat er geen reden was af te wijken van art. 2, eerste lid, Bpf. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.