V-N 1988/2505, 18:Vennootschapsbelasting Geen belastingplicht voor structureel verlieslijdende lichamen via art. 4 Wet Vpb. 1969 in verband met de strekking van dit artikel; geen vertrouwen te ontlenen aan zgn. VTI-verklaring

V-N 1988/2505, 18

Vennootschapsbelasting Geen belastingplicht voor structureel verlieslijdende lichamen via art. 4 Wet Vpb. 1969 in verband met de strekking van dit artikel; geen vertrouwen te ontlenen aan zgn. VTI-verklaring

Documentgegevens:

HR 07-09-1988, ECLI:NL:HR:1988:ZC3893, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws

Instantie: Hoge Raad
Datum: 7 september 1988
Magistraten: Verburg
Zaaknummer: 24 965
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
LJN: ZC3893
JCDI: JCDI:ADS892582:1
Vakgebied(en): Belastingrecht algemeen / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1988:ZC3893, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑09‑1988
Wetingang: art. 2 en 4 Wet Vpb. 1969, art. 23c Wet Vpb. 1969 jo. art. 61a Wet IB 1964, art. 17 (oud) WIR 1978

Essentie

Samenvatting

Belanghebbende, X BV, neemt een kunstijsbaan over van haar aandeelhouder, de Stichting A. Zij gaat terzake van het herstel van de baan verplichtingen aan jegens derden waarna zij de baan verhuurt aan A. A kent volgens haar statuten geen winststreven en is structureel verliesgevend.

Conform een door haar ontvangen VTI-verklaring is aan X BV een negatieve voorlopige aanslag opgelegd in verband met haar investeringen. Bij definitieve aanslag weigert ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.