BNB 2011/83
Havenkranen op rails zijn onroerend. Verkrijging kranen door gerechtigde tot reeds gevestigd recht van opstal is geen (nadere) verkrijging in de zin van de Wet BRV
HR 24-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO3644, m.nt. J.C. van Straaten (Rijdende havenkranen II)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 december 2010
- Magistraten
Berge, van den; Schaap; Tijnagel; Heisterkamp; Feteris
- Zaaknummer
10/01452
- Noot
J.C. van Straaten
- LJN
BO3644
- Roepnaam
Rijdende havenkranen II
- JCDI
JCDI:ADS908391:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden (V)
Belastingen van rechtsverkeer (V)
Milieubelastingen (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Overdrachtsbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BO3644, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑12‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BO3644, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 22‑10‑2010
- Wetingang
Art. 2, eerste lid, en 9, vierde lid, Wet BRV; art. 3:3, eerste lid, BW
Essentie
Havenkranen op rails zijn onroerend. Verkrijging kranen door gerechtigde tot reeds gevestigd recht van opstal is geen (nadere) verkrijging in de zin van de Wet BRV
Samenvatting
Een zustermaatschappij van belanghebbende heeft twee kranen gekocht, deze gemonteerd op een terrein waarvan belanghebbende het recht van opstal had, en deze vervolgens aan belanghebbende verhuurd. De kranen waren bestemd voor het laden en lossen van zeeschepen en konden over rails heen en weer bewegen. Belanghebbende heeft circa twee jaren later de economische eigendom van de kranen van de zustermaatschappij gekocht. In geschil was of de kranen onroerend zijn en of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.