BNB 1988/107
HR, 27-01-1988, nr. 24 967
HR 27-01-1988, ECLI:NL:HR:1988:ZC3748, m.nt. G.J. van Leijenhorst
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 januari 1988
- Magistraten
Dijk, Van; Vucht, Van; Verburgh; Mijnssen; Wildeboer
- Zaaknummer
24 967
- Noot
G.J. van Leijenhorst
- LJN
ZC3748
- JCDI
JCDI:ADS886601:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:ZC3748, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑01‑1988
- Wetingang
(Art. 273, leden 4 en 5, Gem.W.)
Samenvatting
Redelijke verhouding tussen verkoopwaarde en gecorrigeerde vervangingswaarde
Ingevolge het vierde lid van art. 273 Gem.W. wordt voor de in het vijfde lid nader aangeduide incourante onroerende goederen waarvoor redelijkerwijs geen verkrijger kan worden gevonden die het goed zou willen verwerven tegen een bedrag dat in een redelijke verhouding staat tot de in het vierde lid bedoelde vervangingswaarde, de heffingsgrondslag gesteld op die vervangingswaarde.
HR: een redelijke verhouding als zojuist bedoeld is nog aanwezig indien de afwijking tussen de voor het onroerend goed te bedingen koopsom en de vorengenoemde vervangingswaarde niet meer bedraagt dan 50% van die vervangingswaarde. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.