BNB 2005/118
Gedeelte eigen woning gebruikt ten behoeve van onderneming van echtgenote
HR 29-10-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR4528, m.nt. R.M. Freudenthal
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 oktober 2004
- Magistraten
Pos; Monné; Amersfoort, van; Lourens; Oven, van
- Zaaknummer
38 307
- Noot
R.M. Freudenthal
- LJN
AR4528
- JCDI
JCDI:ADS888953:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AR4528, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑10‑2004
- Wetingang
Art. 24, 26, eerste lid, onderdeel b, en 42a Wet IB 1964
Essentie
Gedeelte eigen woning gebruikt ten behoeve van onderneming van echtgenote
Samenvatting
De echtgenote van belanghebbende maakt ten behoeve van een door haar gedreven onderneming (peuterspeelgroep) gebruik van twee kamers in de gemeenschappelijke woning. De echtgenoten zijn in algehele gemeenschap gehuwd. De echtgenote heeft ten titel van huur een bedrag van ƒ 6144 betaald op de gemeenschappelijke girorekening van haarzelf en belanghebbende.
HR: De vrijstelling voor kamerverhuur is niet van toepassing. Onder 'ter beschikking stellen van woonruimte' moet worden verstaan het ter beschikking stellen van de betrokken ruimte ter bewoning.
De mede ten behoeve van de onderneming gebruikte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.