Enkele gevallen waarin door of namens de Minister van Financiën kwijtschelding van belasting kan worden verleend, zijn genoemd in art. 67 van de Successiewet 1956. Voorts bestaat de mogelijkheid dat een tegemoetkoming in de verschuldigde belasting wordt verleend op grond van artikel 63 van de AWR (de zogeheten hardheidsclausule).
Aanvaarding onder het voorrecht van boedelbeschrijving of gebruikmaking van het recht van beraad ontheft niet van de verplichtingen van art. 71 SW 1956.
Artikel 72 bevat de verplichtingen van de executeur.
De houder van roerende zaken of bewijsstukken met opdracht deze bij overlijden niet in de nalatenschap te brengen, is volgens art. 73 verplicht een aangifte in te dienen. Bevonden de zaken zich in een gesloten kist of andere verzegelde omslag, dan opent de kantonrechter deze op grond van art. 74.
Verzekeraars en degenen die een uitkering krachtens derdenbeding moeten doen, zijn verplicht de gegevens te verstrekken, welke voor de uitvoering art. 75 SW 1956 van belang kunnen zijn.
Een betalingsregeling is in art. 78 opgenomen voor ieder die zaken verkrijgt onder bezwaar van vruchtgebruik en voor het bij de instelling van een periodieke uitkering verschuldigde recht.
Hij die een aangifte heeft ingediend of moet indienen uitsluitend of mede ten behoeve van de heffing van belasting welke ingevolge de Successiewet 1956 door anderen is verschuldigd, is gehouden tot het verstrekken van gegevens, inlichtingen en inzage op dezelfde wijze alsof die belasting te zijnen aanzien was of zou moeten worden geheven (art. 76).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakstudie Successiewet, aanhef SW 1956, aant. 1.5.14
Aant. 1.5.14 Overige bepalingen van de Successiewet 1956
Actueel t/m 15-11-2024
15-11-2024, het commentaar is bijgewerkt t/m BNB 2024/123 en V-N 2024/47.60
01-08-1956 tot: -
Vakstudie Successiewet, aanhef SW 1956, aant. 1.5.14
Schenk- en erfbelasting / Algemeen
Successiewet 1956 aanhef regeling
Beschouwing
Enkele gevallen waarin door of namens de Minister van Financiën kwijtschelding van belasting kan worden verleend, zijn genoemd in art. 67 van de Successiewet 1956. Voorts bestaat de mogelijkheid dat een tegemoetkoming in de verschuldigde belasting wordt verleend op grond van artikel 63 van de AWR (de zogeheten hardheidsclausule).
Aanvaarding onder het voorrecht van boedelbeschrijving of gebruikmaking van het recht van beraad ontheft niet van de verplichtingen van art. 71 SW 1956.
Artikel 72 bevat de verplichtingen van de executeur.
De houder van roerende zaken of bewijsstukken met opdracht deze bij overlijden niet in de nalatenschap te brengen, is volgens art. 73 verplicht een aangifte in te dienen. Bevonden de zaken zich in een gesloten kist of andere verzegelde omslag, dan opent de kantonrechter deze op grond van art. 74.
Verzekeraars en degenen die een uitkering krachtens derdenbeding moeten doen, zijn verplicht de gegevens te verstrekken, welke voor de uitvoering art. 75 SW 1956 van belang kunnen zijn.
Een betalingsregeling is in art. 78 opgenomen voor ieder die zaken verkrijgt onder bezwaar van vruchtgebruik en voor het bij de instelling van een periodieke uitkering verschuldigde recht.
Hij die een aangifte heeft ingediend of moet indienen uitsluitend of mede ten behoeve van de heffing van belasting welke ingevolge de Successiewet 1956 door anderen is verschuldigd, is gehouden tot het verstrekken van gegevens, inlichtingen en inzage op dezelfde wijze alsof die belasting te zijnen aanzien was of zou moeten worden geheven (art. 76).