FED 1999/131
HR, 03-02-1999, nr. 34 282
HR 03-02-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2635
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 februari 1999
- Zaaknummer
34 282
- LJN
AA2635
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2635, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑02‑1999
- Wetingang
Uitspraak
Op het beroep in cassatie van belanghebbende, X, overweegt de Hoge Raad ter zake van de ontvankelijkheid van het beroep:
Blijkens een door de griffier van het hof op de uitspraak gestelde aantekening is een afschrift van die uitspraak aan partijen verzonden op 6 maart 1998. Uit een door de griffier op het beroepschrift in cassatie gestelde aantekening blijkt dat dit beroepschrift op 21 april 1998 ter griffie van het hof is ingekomen. Het beroepschrift is derhalve niet ingediend binnen de in art. 6:24 jo art. 6:7 Awb gestelde termijn van zes weken, die in casu eindigde op 17 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.