FED 2002/496
Deelname aan het piramidespel is geen bron van inkomen, daar niet redelijkerwijs een voordeel uit de deelname aan het piramide-spel kan worden verwacht
HR 01-02-2002, ECLI:NL:HR:2002:AD8760
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 februari 2002
- Magistraten
Wattel; Korthals Altes; Monné; Amersfoort, van; Berge, van den; Leemreis
- Zaaknummer
35.848
- LJN
ZC8134
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AD8760, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑02‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AD8760, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑02‑2002
- Wetingang
Art. 22, eerste lid, aanhef en onderdeel b, Wet IB 1964 (tekst 1996)
Essentie
Deelname aan het piramidespel is geen bron van inkomen, daar niet redelijkerwijs een voordeel uit de deelname aan het piramide-spel kan worden verwacht
Samenvatting
Het inleggeld betrekking hebbende op de deelname aan een piramidespel kan niet als negatieve opbrengst van een bron van inkomen bij het bepalen van het onzuivere inkomen in aanmerking worden genomen. Deelname aan het piramidespel is geen bron van inkomen, daar niet redelijkerwijs een voordeel uit de deelname aan het piramidespel kan worden verwacht. Het al dan niet behalen van voordelen hangt in zodanige mate af van onvoorspelbare factoren die zich ook aan beïnvloeding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.