BNB 2000/276
Waardering pensioenverplichting door pensioenvennootschap per 1 januari 1992
HR 14-07-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA6517, m.nt. Hoogendoorn
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juli 2000
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Moor, de; Brunschot, van; Vliet, van; Lourens
- Zaaknummer
35 489
- Conclusie
A-G mr. Van Kalmhout
- Noot
Hoogendoorn
- LJN
AA6517
- JCDI
JCDI:ADS888237:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA6517, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑07‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA6517, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 14‑07‑2000
- Wetingang
Art. 9 Wet IB 1964; art. 8, eerste lid, Wet Vpb. 1969
Essentie
Waardering pensioenverplichting door pensioenvennootschap per 1 januari 1992
Samenvatting
Een praktijkvennootschap heeft pensioenverplichtingen aangegaan jegens B, geboren in 1927. De pensioenverplichtingen zijn naar de toestand op 31 december 1983 overgenomen door belanghebbende, een pensioenvennootschap. De verplichtingen betreffen o.a. een ouderdomspensioen, ingegaan op 1 maart 1992. Dit pensioen is voorwaardelijk open geïndexeerd (het wordt na ingang periodiek aangepast aan de geldontwaarding indien en voorzover de beleggingsresultaten van de pensioengelden uitstijgen boven het te behalen basisrendement). Sinds 1 januari 1992 is belanghebbende belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Op haar openingsbalans heeft zij de pensioenverplichtingen gewaardeerd door de toekomstige uitkeringen contant te maken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.