FED 2003/328
Niet-publiekrechtelijk beheerde waterzuiveringsinstallaties niet vrijgesteld
HR 09-05-2003, ECLI:NL:HR:2003:AE7337, m.nt. W.J.N.M. Snoijink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 mei 2003
- Magistraten
Korthals Altes; Monné; Amersfoort, van; Leemreis; Maanen, van
- Zaaknummer
37 517
- Noot
W.J.N.M. Snoijink
- LJN
AE7337
- JCDI
JCDI:ADS234417:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Belastingen van lagere overheden (V)
Milieubelastingen (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AE7337, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑05‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AE7337, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑05‑2003
- Wetingang
Art. 220d, eerste lid, onderdeel h, Gemeentewet; art. 26 IVBPR en art. 14 EVRM
Essentie
Niet-publiekrechtelijk beheerde waterzuiveringsinstallaties niet vrijgesteld
Samenvatting
Geen ongerechtvaardigde ongelijke behandeling doordat zuiveringswerken die niet door publiekrechtelijke rechtspersonen worden beheerd, zijn uitgesloten van de vrijstelling voor de onroerendezaakbelastingen.
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslagen in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Rotterdam.
VASTSTAAT:
(...)
4.1 Belanghebbende is bij het begin van het jaar 1996 genothebbende krachtens zakelijk recht en gebruikster van de onroerende zaak, een composteringsinrichting, a-straat 1 te Q. In deze inrichting wordt het tuinafval van de in het Westland gelegen (glas)tuinbouwbedrijven verwerkt tot compost. Er zijn vier composteringsvelden aangelegd, elk met een oppervlakte van 3500 m2. De compostering ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.