HR, 22-11-2002, nr. 36852

Documentgegevens:

HR 22-11-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE4472

Instantie: Hoge Raad
Datum: 22 november 2002
Magistraten: Wattel
Zaaknummer: 36852
LJN: AE4472
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden (V)
Milieubelastingen (V)
Loonbelasting / Algemeen
Loonbelasting (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2002:AE4472, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑11‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE4472, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑11‑2002
Wetingang: Art. 11, tweede lid, onderdeel b, Wet LB 1964; art. 6, eerste lid, onderdeel c, Uitv.reg. LB 1990

Samenvatting

Naheffingsaanslag loonbelasting terecht gebruteerd omdat de eventuele feitelijke of juridische onmogelijkheid tot verhaal van loonbelasting toe te schrijven is aan de eigen gedragingen van belanghebbende.

Uitspraak

Belanghebbende, gemeente X, heeft na overeenstemming met de vakbonden in juli 1990 aan al haar werknemers als uitkering-ineens f 110 per persoon uitbetaald. In het personeelsblad van juli 1990 is het personeel als volgt geïnformeerd: 'Deze uitkering, die wordt beschouwd als een zogenoemde (iets verlate) feestdagengratificatie, zal belastingvrij worden uitbetaald'. X heeft op deze betalingen de zogenoemde feestdagenvrijstelling van art. 11, tweede lid, onderdeel b, van de Wet LB 1964, juncto art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.