FED 2010/115
De Hoge Raad laat de ontvankelijkheidsvraag rusten nu hij het cassatieberoep inhoudelijk ongegrond acht. De besluitgever mag de indirecte uitkeringslasten in een sector toerekenen aan de bestaande kleine werkgevers in deze sector. Dat is in overeenstemming met de wetsgeschiedenis en ook niet in strijd met algemene rechtsbeginselen
HR 10-09-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM0387, m.nt. E.B. Pechler
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
10 september 2010
- Magistraten
den Berge, van; Schaap; Heisterkamp; Feteris; Koopman
- Zaaknummer
09/00923
- Noot
E.B. Pechler
- LJN
BM0387
- JCDI
JCDI:ADS198665:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Sociale zekerheid algemeen (V)
Premieheffing (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM0387, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑09‑2010
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad laat de ontvankelijkheidsvraag rusten nu hij het cassatieberoep inhoudelijk ongegrond acht. De besluitgever mag de indirecte uitkeringslasten in een sector toerekenen aan de bestaande kleine werkgevers in deze sector. Dat is in overeenstemming met de wetsgeschiedenis en ook niet in strijd met algemene rechtscommit; beginselen
Uitspraak
Het geschil betreft een mededeling inzake de gedifferentieerde premie ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (hierna: de WAO).
OP HET BEROEP IN CASSATIE VAN BELANGHEBBENDE OVERWEEGT DE HOGE RAAD:
3.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
3.1.1. Belanghebbende wordt voor de toepassing van artikel 37, lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.