BNB 2007/54
Zaak Cadbury Schweppes. Winst van dochteronderneming in andere lidstaat met laag belastingtarief mag in lidstaat van moederonderneming worden belast in geval van een volstrekt kunstmatige constructie
HvJ EG 12-09-2006, ECLI:EU:C:2006:544, m.nt. P.J. Wattel
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
12 september 2006
- Magistraten
Skouris; Jann; Rosas; Rodrigues, Cunha; Lapuerta, Silva de; Lenaerts; Juhász; Arestis; Barthet, Borg
- Zaaknummer
C-196/04
- Noot
P.J. Wattel
- LJN
AY9517
- JCDI
JCDI:ADS125699:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2006:544, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 12‑09‑2006
ECLI:EU:C:2006:278, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 02‑05‑2006
- Wetingang
Essentie
Zaak Cadbury Schweppes. Winst van dochteronderneming in andere lidstaat met laag belastingtarief mag in lidstaat van moederonderneming worden belast in geval van een volstrekt kunstmatige constructie
Samenvatting
Belanghebbende, Cadbury Schweppes plc, gevestigd in het Verenigd Koninkrijk, heeft onder meer dochtervennootschappen in Ierland die zich bezighouden met financieringsactiviteiten van de Cadbury Schweppes-groep. Voor hen geldt in Ierland een belastingtarief van 10%. In het Verenigd Koninkrijk bestaat wetgeving op gecontroleerde buitenlandse vennootschappen (CFC)
1. Deze ziet op situaties waarin een binnenlandse vennootschap een CFC heeft opgericht die in het land van vestiging wordt belast tegen een belastingtarief dat leidt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.