FED 2011/23
Voor de beoordeling of kwade trouw aanwezig is, is niet noodzakelijk dat de exacte omvang van de belastingschuld kan worden vastgesteld
HR 13-08-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN3830, m.nt. J.A. Smit
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 augustus 2010
- Magistraten
Vliet, van; Lourens; Leemreis; Punt; Loon, van
- Zaaknummer
08/03431
- Noot
J.A. Smit
- LJN
BN3830
- JCDI
JCDI:ADS198548:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN3830, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑08‑2010
- Wetingang
Art. 16 AWR
Essentie
Voor de beoordeling of kwade trouw aanwezig is, is niet noodzakelijk dat de exacte omvang van de belastingschuld kan worden vastgesteld
Samenvatting
Van kwade trouw zou sprake zijn, indien belanghebbende ten tijde van het doen van de aangifte wist dat, ingeval de aangifte zou worden gevolgd, de aanslag tot een te laag bedrag zou worden opgelegd (HR BNB 1997/384). Voor de boordeling of kwade trouw aanwezig is ter zake van een feit dat grond oplevert voor het vermoeden dat een aanslag tot een te laag bedrag is vastgesteld, is niet noodzakelijk dat de exacte omvang van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.