BNB 1991/268
HR, 19-06-1991, nr. 26 102
HR 19-06-1991, ECLI:NL:HR:1991:BH7859, m.nt. D. Juch
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 juni 1991
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
26 102
- Noot
D. Juch
- LJN
BH7859
- JCDI
JCDI:ADS886824:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:BH7859, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑06‑1991
ECLI:NL:PHR:1989:4, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 21‑12‑1989
- Wetingang
(Art. 13 Wet Vpb. 1969)
Samenvatting
Toepassing van de deelnemingsvrijstelling ook al is op het moment waarop het voordeel - in casus: het verlies - tot uitdrukking is gekomen niet aan alle eisen voldaan
Belanghebbende, een BV, bezat op 31 december 1980 een pakket aandelen dat een deelneming vormde in de zin van art. 13 Wet Vpb. 1969. In 1981 verkocht belanghebbende een gedeelte van dit bezit, waarna haar belang in de betrokken vennootschap geen deelneming meer vormde. Op haar balans per 31 december 1981 leidde de waardering van het restant van de aandelen tot een boekverlies van f 891 488. Ten tijde van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.