BNB 2005/2:Geen splitsing van spaarhypotheekpolissen in een spaar- en een risicogedeelte

BNB 2005/2

Geen splitsing van spaarhypotheekpolissen in een spaar- en een risicogedeelte

Documentgegevens:

HR 17-09-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO3145, m.nt. P.H.J. Essers

Instantie: Hoge Raad
Datum: 17 september 2004
Magistraten: Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Lourens; Bavinck; Leemreis
Zaaknummer: 38091
Conclusie: A-G mr. Groeneveld
Noot: P.H.J. Essers
LJN: AO3145
JCDI: JCDI:ADS888885:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2004:AO3145, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 17‑09‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO3145, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑09‑2004
Wetingang: Art. 9 Wet IB 1964; art. 3 en 4 Besluit reserves verzekeraars, art. 6 BRK

Essentie

Samenvatting

Belanghebbende, een verzekeringsmaatschappij, sluit spaarhypotheekpolissen af. Deze polissen geven recht op een kapitaal bij in leven zijn van de verzekerde op een vaste datum of bij diens eerder overlijden. De kapitaalsuitkering dient ter aflossing van een hypothecaire geldlening die de verzekeringnemer is aangegaan. Intern wordt de verzekering gesplitst in een zuiver spaarcontract en een risicoverzekering.

HR: Bij een door een levensverzekeraar in het kader van de uitoefening van het levensverzekeringsbedrijf gesloten overeenkomst dient voor de toepassing van het Besluit reserves verzekeraars voor de overeenkomst in haar geheel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.