V-N 2005/30.14
LOONBELASTING Onbegrijpelijke oordelen en invulling bewijslast bij toepassing gebruikelijkloonregeling
HR 10-06-2005, ECLI:NL:HR:2005:AT7206, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 juni 2005
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Vliet, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
40 890
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AT7206
- JCDI
JCDI:ADS904540:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Loonbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AT7206, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑06‑2005
- Wetingang
Art. 12a Wet LB 1964
Essentie
LOONBELASTING Onbegrijpelijke oordelen en invulling bewijslast bij toepassing gebruikelijkloonregeling
Samenvatting
X is in dienstbetrekking bij A met een deeltijdaanstelling voor vier dagen in de week. Hij is daarnaast enig aandeelhouder in en werknemer van B BV. Aan de activiteiten voor B BV besteedt X in 2000 ongeveer 150 dagen. Hij ontvangt van B BV een loon van f 24 477 (€ 11 107). De inspecteur heeft op grond van de gebruikelijkloonregeling als loon f 84 000 (€ 38 118) (WAZ-maxgrondslag) in aanmerking genomen.
De Hoge Raad vindt het oordeel van Hof 's-Gravenhage, dat de door de inspecteur op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.