BNB 2004/33
Vrijstelling bij verkrijging gehele onderneming door kinderen of kleinkinderen geldt niet bij verkrijging door broer
HR 07-11-2003, ECLI:NL:HR:2003:AN7744
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 november 2003
- Magistraten
Monné; Amersfoort, van; Maanen, van
- Zaaknummer
38 420
- LJN
AN7744
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AN7744, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑11‑2003
- Wetingang
Art. 15, eerste lid, onderdeel b, Wet BRV
Essentie
Vrijstelling bij verkrijging gehele onderneming door kinderen of kleinkinderen geldt niet bij verkrijging door broer
Samenvatting
Belanghebbende exploiteerde met zijn broer in maatschapsverband een boerderij. Na het overlijden van de broer is de maatschap geëindigd. De boerderij is aan belanghebbende toegedeeld.
HR: Belanghebbende heeft geen recht op de vrijstelling van overdrachtsbelasting nu hij niet behoort tot de in art. 15, eerste lid, onderdeel b, Wet BRV vermelde kring van bloed- en aanverwanten. Die bepaling is niet in strijd met art. 26 IVBPR of enige andere verdragsrechtelijke bepaling (HR, BNB 2004/5*). De wetgever heeft, door de vrijstelling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.