BNB 2003/252
Onder douaneregeling gestelde sigaretten zijn verdwenen. Plaats van onttrekking. Aangever moet gelegenheid krijgen bewijs te leveren van plaats van de onregelmatigheid
HR 11-04-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF0412, m.nt. M.E. van Hilten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 april 2003
- Magistraten
Zuurmond; Brunschot, van; Vliet, van; Lourens; Bavinck
- Zaaknummer
37519
- Conclusie
A-G mr. Overgaauw
- Noot
M.E. van Hilten
- LJN
AF0412
- JCDI
JCDI:ADS888664:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF0412, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑04‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF0412, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑04‑2003
- Wetingang
Art. 3, tweede lid, onderdeel b, en 62, eerste lid, Wet op de accijns; art. 18, eerste lid, onderdeel c, 22 en 28 Wet OB 1968; art. 7, derde lid, Zesde richtlijn en art. 5, eerste lid, Accijnsrichtlijn; art. 34, derde lid, Verordening 2726/90
Essentie
Onder douaneregeling gestelde sigaretten zijn verdwenen. Plaats van onttrekking. Aangever moet gelegenheid krijgen bewijs te leveren van plaats van de onregelmatigheid
Samenvatting
Belanghebbende heeft aangifte gedaan voor extern douanevervoer van een partij sigaretten. Het terugzendingsexemplaar van het douanedocument is voorzien van valse stempels en handtekeningen teruggekomen.
Het Hof heeft geoordeeld dat geen omzetbelasting en accijns kunnen worden geheven omdat niet is komen vast te staan dat de (fysieke) onttrekking in Nederland heeft plaatsgevonden.
HR: Accijnsgoederen die na in Nederland te zijn binnengebracht zijn geplaatst onder de douaneregeling extern communautair douanevervoer, worden zowel met betrekking tot de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.